Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Winter, abraham hendrik

betekenis & definitie

Ged. Utrecht 27 juni 1800, overl.

Amsterdam 28 mei 1861. Woonde en werkte in Utrecht. Leerling van P. C. Wonder en C. van Hardenberg. Amateurschilder (leraar Rijksveeartsenijschool te Utrecht).

Schilder, etser en tekenaar van vnl. dieren. Gaf les aan H. A. F. A. Gobius en W. Roelofs.Tentoonstellingen Haarlem 1825, Amsterdam 1824—1854 en Den Haag 1827 tot 1859; stalinterieurs met paarden, schapen en ander vee; paardenmarkt en gezicht op de Plompetoren te Utrecht; gezicht op de stad Amersfoort van een hoogte gezien; hoefsmid met paarden; portretten van raspaarden; landschappen met schapen en runderen.

AMSTERDAM -Rijksmuseum: stal met schapen en geiten (gem. A. Winter F.); een herenportret, LEIDEN -Rijksprentenkabinet: een koeiekop (krijttekening).

Immerzeel; Kramm; Luns; Plasschaert; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Van Hall port.; Waller; Wurzbach.

< >