Geb. Rotterdam 5 mei 1837, overl.
Auckland (Nw-Zeeland) 11 november 1913. Woonde en werkte in Rotterdam tot 1868, Berlijn tot 1869, Dordrecht 1870, Marken 1871-1873, Rotterdam 1874, Den Haag 1875, Wassenaar tot 1884, Den Haag tot 1888, Noordwijk, Nieuw-Zeeland 1890-1898, Sydney (Australië) 1898-1904 en Wellington (Nieuw-Zeeland) vanaf 1904. Leerling van de Rotterdamse en Berlijnse Akademies v. B.K. Vormde zich verder zelf. Schilderde, tekende en aquarelleerde o.m. interieur, figuren en landschappen; was. tevens steentekenaar en -drukker.
Gaf les aan D. J. R Jordens, S. Robertson en G. G. Schenk.Tentoonstellingen Amsterdam, Den Haag, Rotterdam enz. 1862-1893: begrafenissen op het eiland Marken; dubbelblank; moedersmart; gezicht op de Leuvehaven te Rotterdam; riviergezicht bij Dordrecht; het onweer; het gebed vóór de maaltijd; boerenherberg in het Gooi; de cellist; buurpraatje op het eiland Marken; interieur bij kaarslicht; in de duinen; enz.
AMSTERDAM -Nederlands Historisch Scheepvaart Museum: een tjalk geladen met houten balken op de rede van Dordrecht (gem. P. van der Velden). -Rijksmuseum: domino-spelende vissers, genaamd ‘Dubbel-blank’ (gem. P. van der Velden). DORDRECHT -Dordrechts Museum: herenportret. GRONINGEN -Groninger Museum: de roker (aquarel), DEN HAAG -Gemeentemuseum: de oude cellist; vissersbuurt bij avond (aquarel). ROTTERDAM -Gemeentearchief twee tekeningen.-Museum Boymans-van Beuningen: portret van een man; portret van een dame.
Kunstkronijk 1838 (bldz. 38) en 1877 (bldz. 78); Antiek jan. 1974 (T. L. R Wilson, bldz. 492-307).
T. L. Rodney Wilson: ‘Petrus van der Velden (18)7-1913)', Sydney 1978.
Gram 1880; Luns; Marius; Plasschaert; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Van Hall port.; Waller; Wurzbach.