Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Tanjé

betekenis & definitie

Pieter; geb. Bolsward 15 februari 1706, overl.

Amsterdam op 29 juni 1761. Aanvankelijk schippersknecht beurtvaart tussen Bolsward en Amsterdam. Hij graveerde in zijn vrije tijd versieringen op tabaksdozen. In 1730 leerling bij de graveur J. Folkema en oefende zich tevens op de Stadstekenakademie te Amsterdam, ontving raadgevingen van J. Houbraken, C.

Troost en J. de Wit, later medewerker van F. de Bakker. Etser, tekenaar en vooral graveur. (Heeft o.a. 100 afbeeldingen vervaardigd voor het boekwerk van J. van Gooi, ‘De Nieuwe Schouwburg der Nederlandsche Kunstschilders’, Den Haag 1750/51).AMSTERDAM -Rijksprentenkabinet: tekeningen, w.o. een portret, BOLSWARD -Raadhuis: enige prenten (in bruikleen van het St-Antonie Gasthuis). DORDRECHT -Gemeentearchief (w.o. de verzameling mr S. van Gijn): enige prenten. LEIDEN -Rijksprentenkabinet: kopie naar P. F. de la Croix, een portret van Willem V als kind (tekening); een portret (tekening).

Eekhoff; Immerzeel; Kramm; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Van Hallport.; Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten IX; Waller; Wurzbach.

< >