Geb. Amsterdam 22 juli 1791, overl.
Amsterdam 23 februari 1876. Woonde en werkte in deze stad. Vader van Maria Louisa en Gustavus Praetorius. Van beroep makelaar. Leerling van J. Hulswit.
Was lid van de Koninklijke Akademie te Amsterdam en mede-oprichter en bestuurslid van de in 1839 opgerichte Maatschappij ter Bevordering van Beeldende Kunsten. Schilderde en tekende landschappen en stadsgezichten.Tentoonstellingen Haarlem 1825, Amsterdam en Den Haag 1814-1844: enkele landschappen met geboomte; gezicht op de Schalkwijkerpoort te Haarlem; de ingang van het Bagijnhof; stadsgezicht, kopie naar de Delftse Vermeer.
AMSTERDAM -Amsterdams Historisch Museum (vml. Museum Fodor): gezicht buiten de Catharijnepoort te Utrecht (tekening in O.I. inkt); tekeningen uit de verz. Splitgerber, t.w. gezicht op het Bagijnhof; de Driehoekstraat in 1825 (1862). -Rijksprentenkabinet: bosgezicht (tekening). HAARLEM Gemeentearchief: landschap bij Haarlem (sepiatekening, 1826). OTTERLO Rijksmuseum Kröller-Müller: landschap (aquarel).
Immerzeel; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Van Hall port.; Wurzbach.
