Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Moritz, louis

betekenis & definitie

Geb. Den Haag 29 oktober 1773, overl.

Amsterdam 22 november 1850. Aanvankelijk zou hij letteren studeren, later in militaire dienst gaan. Was lange tijd hoofd van het beheer over de werktuigen en dekoraties van de Amsterdamse Schouwburg. Was lid van het Koninklijk Nederlands Instituut te Amsterdam en van de Koninklijke Akademies te Brussel en Gent. Gaf les aan H. J. van Amerom en H.

C. Haages. Leerling van D. van der Aa. Werkzaam in Den Haag, Amsterdam 1810-1847, Leiden en daarna weer in Amsterdam. Hij schilderde portretten, figuurstukken, historische voorstellingen en later meer paardenstukken (w.o. stalinterieurs met deze dieren en militairen te paard); heeft ook geëtst. Tentoonstellingen Amsterdam, Rotterdam en Den Haag 1809-1847 en Haarlem 1825: portretten; ecce homo; de opwekking van het dochterje van Jaïrus; Christus in de tempel; Achilles en Eneas; Hagar en Ismaël; de dood van Marcus Antonius; Alexander de Grote met het paard Bucefalus; feestmaal op het slotte Muiden in de 17de eeuw; kaartlegster; godvruchtig meisje; kindje slapend op rustbed; kind op een bok; stal met twee paarden; kozakkennachtleger; rustplaats van kozakken in het bergland; enz.

AMSTERDAM -Gemeente Universiteit: herenportret. -Natura Artis Magistra: een aap. -Rijksmuseum: zes portretten; toneelstuk Iphigenia; de dodelijk gewonde Marcus Antonius (gem. L. Moritz); musicerend gezelschap (gem. L. Moritz); kozakkennachtleger 1813. -Rijksprentenkabinet: portretten (tekeningen). -R.K. kerk H. Anna: een altaarstuk. -Stadsschouwburg: portretten van artisten.

LEIDEN -Rijksprentenkabinet: zelfportret met hond (tekening). -Stedelijk Museum De Lakenhal: een dam es- en een herenportret (beide niet gem.). ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: stal met wit paard. SCHIPBEKERHUIZEN -Huize Warmelo: enkele familieportretten. TILBURG -Gemeente: Willem II, als prins van Oranje, bij de slag bij Waterloo. WEESP -Raadhuis: een groep van drie burgemeesters (gem. L.

Moritz 1821). Kunstkronijk 1843/44 (bldz. 42 en 44).


Immerzeel; Knoef; Kramm; Luns; Plasschaert; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Voorloopige lijsten der Nederlandsche Monumenten V2, VII; Van Hall I en port.; Waller; Wurzbach.

< >