Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Meeles (‘vroeger meelis’), derk willem (‘derk’)

betekenis & definitie

Geb. Deventer 11 februari 1872, overl.

Hilversum 16 december 1958. Woonde en werkte in Deventer tot 1890, Amsterdam tot 1896 (en later), Deventer, Laren (N.H.) na 1906, ook in Blaricum. Leerling van de teken- en schilderschool te Deventer olv. B. Korteling, van 1890 tot 1894 op de Kunstnijverheidsschool te Amsterdam olv. J.

D. Huibers en G. Sturm, avondcursussen op de Rijksakademie aldaar olv. A. Allebé, C. L.

Dake, R. Stang en B. Wijnveld jr (behaalde M.O. tekenen). Werkte een tijdlang als dekoratieschilder, bekend door zijn tekeningen van de levende have van Artis te Amsterdam. Schilderde, aquarelleerde en tekende stillevens (veel bloemen), landschappen (o.a. uit de omgeving van Laren), kinderkopjes enz. Werkte in naturalistische-impressionistische trant.

Bescheiden kunstenaar. Gaf les aan de ambachtsscholen te Deventer en later te Amsterdam en aan M. A. Mees. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam, van ‘De Larense Tien’ en van de Gooise Schildersvereniging.Tentoonstellingen Arnhem 1897 en 1901: ganzen (aquarel); in de stal. LAREN (N.H.) -Singer Museum: meisje met kat; kattenmaaltijd; visstilleven; anemonen; idem.

Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1970.

< >