Geb. Den Haag 7 oktober 1869, overl.
Den Haag 27 april 1956. Broeder van W. A. van Konijnenburg. Studeerde te Delft 1888-1892; hoofd-ingenieur Rijkswaterstaat in Ned. O. Indië.
Woonde en werkte in Den Haag van 1928 af (komende uit Egypte), tijdelijk in Brakel (1943-1946). Schilderde en tekende Indische landschappen, ook dekoratieve kunst (sierkunstenaar).Scheen 1969.
