Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Hogerwaard, georges (‘george’)

betekenis & definitie

Geb. Soerabaja (Ned.

Indië) 9 september 1878, overl. Den Haag 4 mei 1939. Broer van F. Hogerwaard. Woonde en werkte in Delft (Hof van Delft) tot 1904, Den Haag na 1904, Heeze 1905, Renkum 1907, Amsterdam 1908-1909, Heeze (N.Br.) tot 1912, daarna in Den Haag. Leerling van C.

I. Thysen (1905 te Heeze), van de Rijksakademie te Amsterdam (1908-1909) o.l.v. N. van der Waay. Schilderde en lithografeerde stillevens, bloemstukken, figuurstukken, naakten en portretten. Was een knap tekenaar. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam.

Leraar aan de Akademie v. B.K. in Den Haag. Gaf o.m. les aan H. Bottema, L. J. Braams, P.

A. M. Engels en L. J. Sinclair de Rochemont. Elsevier LXIV, 1922 (Kroniek).Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1969; Thieme-Becker; Van Hall II; Waller.

< >