Geb. Utrecht 18 augustus 1811, overl.
Oosterbeek 29 oktober 1890. Na 1841 verbleef hij meestal in Oosterbeek; van 1846-1852 was hij te Utrecht werkzaam, daarna een jaar te Amsterdam (1853-1854), vertrok weer naar Oosterbeek (1855-1858). In 1858 vestigde hij zich nogmaals te Amsterdam, waar hij lange tijd verbleef (tot 1880) en de laatste 10 jaren van zijn leven sleet hij te Oosterbeek. In 1852 werd hij lid van de Kon. Akademie te Amsterdam en in 1858 lid van ‘Arti et Amicitiae’ aldaar. Hij ontving in het begin enig tekenonderwijs van J.
L.Jonxis, daarna vormde hij zich geheel zelf. In 1839 maakte hij een reis langs de Rijn en in 1844 bezocht hij nogmaals Duitsland en ook België. Hij was een belangrijk schilder van Gelderse bos- en heidegezichten; men noemt hem wel een der voorlopers van de Haagse School. De schilders Haanen, A. Mauve, Ch. Rochussen, en Willem Roelofs hebben wel eens schilderijen van Bilders gestoffeerd.
Hij signeerde in zijn jeugd J. Bilders en later J. W. Bilders. Gaf les aan A. G.
Bilders, M. Ph. Bilders-van Bosse, J. A. Boland, A. Everdingen, D. van Lokhorst, H.
W. Mesdag, en raadgevingen aan J. E.J. Rutgers.Tentoonstellingen te Amsterdam en Den Haag van 1835—1885: gezicht aan de Rijn bij Bieberich; gezicht in het hoogland van Baden; heidegezichten; boomrijke landschappen; gezicht op het klooster te Wiesbaden, en enkele houtskooltekeningen.
AMSTERDAM -Rijksmuseum: heidegezicht te Wolfheze; bosgezicht; bosrand. -Rijksprentenkabinet: tekeningen. -Stedelijk Museum: een landschap; een park bij een slot (tekening). -Museum Willet-Holthuysen: vee in bosweide (vee door W. Roelofs); gezicht op de Veluwe; bosgezicht (aquarel). ARNHEM -Gemeentemuseum: Gelders landschap; idem; de zich spiegelende berk; landschap met koeien; landschap met vissers; landschap met ruïne; landschap. GRONINGEN -Groninger Museum: de Plas bij Oosterbeek; koeien in de weide met plas en bomen. DEN HAAG -Gemeentemuseum: gezicht op het klooster Santa Clara bij Wiesbaden; riviergezicht; bevroren rivier in een winteravond; bosgezicht; bosvijver; bosgezicht (tekening). -Rijksmuseum H. W.
Mesdag: bosgezicht te Oosterbeek; omgevallen bomen; de oude berkenbomen (sepia). HAARLEM -Teyler Stichting: Wolfheze. OTTERLO -Rijksmuseum Kröller-Müller: zes tekeningen, nl. huizenstudies; Vlagtwedde 1881; Huize Hofwijk; Huize Elswoud. UTRECHT -Centraal Museum: gezicht in het Bolwerk Sterrenburg met pendant (gem. J. Bilders 1834). -Gemeentearchief: enige tekeningen, w.o. gezichten op het Bolwerk te Utrecht (1836).
Hist. Galerij I (bldz. 1); Kunstkronijk 1863 (bldz. 86), 1872 (bldz. 70), 1877 (bldz. 2-4); Elsevier X, 1893 (A. C. Lojfelt, bldz. 223-233).
C. Vosmaer: ‘Onze hedendaagse schilders’, Den Haag 1882; Schildersboek IV, 1900 (A. C. Loffelt, bldz. 67-101); J. Wesselink: ‘Schilders van den Veluwezoom’ (bldz. 23-26), Amsterdam 1946; Colmjon-Scheen: ‘De Haagse School’, Rijswijk 1930. Gram 1880; Huebner; Immerzeel; Kramm; Luns; Lurasco; Marius; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek I; Plasschaert; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Van Hall I en port.; Waller; Wurzbach.