Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Barbiers bzn (iii)

betekenis & definitie

Pieter; geb. Amsterdam 23 januari 1772, overl.

Haarlem 10 september 1837. Werkzaam in Haarlem, 5-12-1793 opgenomen in het St. Lucasgilde aldaar. Leerling van zijn vader B. Barbiers Pzn (I). Schilder van historische onderwerpen en genrestukken.

Gaf les aan M. G. B. P. Barbiers Pieter Bzn (IV), J. P. van Horstok.

Medewerker van A. Serné.Tentoonstelling te Amsterdam in 1814, samen met zijn vrouw M G. Snabilie op enige Amsterdamse tentoonstellingen: 1814: vanitas; 1818: haringvrouwtje; prins Willem I en Charlotte de Bourbon in het klooster; 1820: spelend meisje; tekenend meisje; Hagar in de woestijn; 1822: Maria van Reygersbergen ontmoet Hugo de Groot; de dove orgeltrapper ; 1824: het lichten van de Cataract; enz.; 1825 Haarlem: de brooduitdeling door burgermeester Van der Maats te Haarlem; de profeet Nathan voor koning David. Den Bosch 1828: koning David; enz.; Albrecht Beijling en zijn vrouw.

AMSTERDAM -Rijksprentenkabinet: tekening(en). HAARLEM -Frans Halsmuseum: zelfportret; portret van zijn vrouw. -Raadhuis: het toespreken van uitgehongerde burgers, OTTERLO -Rijksmuseum Kröller-Müller: drie tekeningen.

Immerzeel; Kramm; Luns; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek II; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Van Hall I en port.; Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten V2; Wurzbach.

< >