Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Aken, martinus adrianus van

betekenis & definitie

Geb. Den Haag 24 januari 1854, overl.

Den Haag 15 juli 1933. Woonde en werkte aldaar; ook gewerkt in ’t Gooi (Laren N.H.). Leerling van de Akademie v. B.K. in Den Haag, van J. W. F.

Kachel en de Polytechnische School te Delft. Schilderde en tekende landschappen, interieurs, figuurstukken en stillevens enz. Leraar handtekenen M.O., gaf ook boetseerles. Was lid van ‘Pulchri Studio’ in Den Haag.Tentoonstellingen te Amsterdam, Arnhem, Den Haag enz. van 1878-1903: stalinterieurs; stillevens; Marker kaartspelers; in de serre van de Haagse Dierentuin (aquarel); een overtrekkende bui op de Larense heide; aan het strand te Scheveningen; landschap bij Assen ; de Oorsprong te Oosterbeek; een episode uit ‘Die Walküre’; enz.

Maandblad v. Beeldende Kunsten 1926 ('Onze schilders’ bldz. 32).

Luns; Plasschaert; Scheen 1969; Van Hall I; Waller.

< >