protoplasmamassa met een groot aantal kernen, ontstaan door kerndelingen zonder celdeling. Het is dus geen syncytium (hier versmelten éénkernige cellen tot een meerkernig systeem).
Komt o.a. voor bij slijmzwammen (op dood hout, met heldere kleur). Later drogen zij in en ontstaan groepjes van sporendragende delen.