ruimte in de schedel waarin bij de gewervelde dieren het reukorgaan ligt. Bij de mens van binnen bekleed met slijmvlies, dat ook de drie paar kraakbenige uitsteeksels, de neusschelpen, bedekt.
Het reukslijmvlies bevat bovenin de reukzintuigcellen (opp. ca. 5 cm2). De reuk is bij de mens, vergeleken met sommige dieren, slecht ontwikkeld. Door vergroting van het oppervlak worden meer stof en bacteriën opgevangen en de ingeademde lucht wordt door de langere weg vochtiger en warmer.