kan bestaan uit: bloemdekbladen of haren. Naar de samenhang van de bloembladen kan het bloemdek zijn: a. vergroeidbladig, er kan dan onderscheiden worden: de buis, zoom en keel, soms een bijkroon. b. losbladig. Naar de vorm kan het bloemdek zijn:
a. straalsgewijs symmetrisch of regelmatig en tweezijdig symmetrisch.
Naar de kleur kan het zijn:
a. kelkachtig (groen) of kroonachtig (gekleurd) .