Haar, Hand. 27: 34; Matth. 10: 30.
- Geen haar van uw hoofd zal gekrenkt worden of vallen.
- Al de haren uwes hoofds zijn geteld.
De eerste uitdrukking komt met onderscheidene wijzigingen menigmaal in het O. en N. T. voor om aan te duiden niet het minste leed zal u wedervaren. Paulus zegt dit b.v. (Hand. 27: 34) aan zijne mede-schipbreukelingen toe.
De tweede uitdrukking drukt op verhevene wijze Gods alles omvattende zorg uit. Jezus bemoedigt met de verzekering daarvan, Matth. 10: 30, zijne discipelen, als hij hun de gevaarlijke taak opdraagt om het Koningrijk der Hemelen te verbreiden. Beide uitdrukkingen hebben bij ons dezelfde beteekenis als in den Bijbel: de eerste dient dikwijls om de verzekering te geven, dat menschen iemand geen kwaad zullen doen.