zwartkous, zwarte kous
(2e helft 20e eeuw) (scheldw.) lid van de zwarte kousenkerk, de kerk voor erg orthodoxe groeperingen. Zinspeling op de sobere en sombere kleding (zwarte kousen waren vroeger bij boeren in de mode). In de turbotaal van de late twintigste eeuw spreekt men ook van een 'griffo' of 'gerefo'. De term 'zwartekousenkerk' dateert uit de jaren vijftig van de...