Wat is de betekenis van ZURIGHEID?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zurigheid

v., 1. het zuur-zijn ; 2. wat zuur is.

2025-07-26
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

zurigheid

Norsheid, onvriendelijkheid. Men moest in deze solidaire praktijken niet te veel veranderingen brengen of er ontstond zurigheid en wrok, CLAES 1950, 61.

2025-07-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zurigheid

v. (het zuur-zijn, zure smaak): de zurigheid van sommige appels, van vele bessen.

2025-07-26
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Zurigheid

Zurigheid - van een base duidt aan het aantal hydroxylgroepen, dat per molecule kan worden afgesplitst, en dus het aantal moleculen van een basisch zuur, dat voor de neutralisatie van een molecule noodig is.

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

ZURIGHEID

ZURIGHEID, v. het zuur zijn.

Gerelateerde zoekopdrachten