Wat is de betekenis van ZOONSDOCHTER?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zoonsdochter

v. (-s). kleindochter.

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zoonsdochter

('zo:nzdochtər) v. (-s) kleindochter.

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

ZOONSDOCHTER

ZOONSDOCHTER, v. (-s), kleindochter; ...KIND, o. (-eren), kleinkind; ...VROUW, v. (-en), schoondochter; ...ZOON, m. (...zonen), kleinzoon.

Gerelateerde zoekopdrachten