Wat is de betekenis van ZOOEVEN?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

ZOOEVEN

ZOOEVEN, bw. daar juist: hij is zooeven uitgegaan; kort geleden: zoo even was hij nog hier; — aanstonds: zooeven kom ik bij u; wacht maar tot zooeven. tot straks.

Gerelateerde zoekopdrachten