Wat is de betekenis van Zoode?

2025-07-27
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Zoode

Zoode, v. (zeew.) zie POMPZODE.

2025-07-27
Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Zoode

z.n.v. - Ziepompzoode, durk.