Wat is de betekenis van zilverwilg?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zilverwilg

m. (-en), schietwilg met zilverkleurige bladeren (Salix alba); ook: olijfwilg.

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zilverwilg

m. zilverwilgen (sierstruik met zilverkleurige bladeren, uit N.-Am. olijfwilg; Lat. elaeagnus argentea).

2025-07-25
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Zilverwilg

Elaeagnus argentea, ➝ Olijfwilg.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zilverwilg

m. (-en) gewone (schiet-)wilg.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zilverwilg

m. (-en), Elaeagnus commutata, schietof knotwilg met zilverkleurige bladeren, een sierheester uit Noord-Amerika.

Gerelateerde zoekopdrachten