zich de rampetamp lachen (werken enz.)
(1998) (inf.) erg hard lachen (werken enz.). • Wij willen uitsluitend goeie mensen die ook nog eens bereid moeten zijn om zich de rampetamp te werken. (Dagblad voor Zuidwest-Nederland, 01/07/1998) • Ik werk me het rampetamp met twee banen, dit hou ik niet vol. (Noordhollands Dagblad, 15/10/2011)