Wat is de betekenis van ZELFKASTIJDING?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zelfkastijding

v. (-en), kastijding van zichzelf.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zelfkastijding

v. zelfkastijdingen (kastijding van eigen lichaam).

2025-07-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Zelfkastijding

Al is de waardeering der z. in den loop der eeuwen zeer wisselend geweest, steeds is erkend, dat het vleesch begeert tegen den geest, en achtte men het noodig het lichaam te tuchtigen en onder bedwang te houden. Men heeft tijden gehad, dat het lichaam te uitsluitend gezien werd als vijand en belemmering van den geest, en de geestelijke mensch het l...

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zelfkastijding

v. (-en) kastijding, versterving van zichzelf.

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zelfkastijding

v. (-en), het straffen van het eigen lichaam.

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

ZELFKASTIJDING

ZELFKASTIJDING - v. (-en), kastijding van zichzelf; ...KENNIS, v. kennis van zichzelf : tot zelfkennis komen; ...KLINKER, m. (-s), letter die zonder hulp van andere letters uitgesproken wordt, vocaal; ...KOSTEN, mv. de zelf kosten der steenkolen, de prijs zonder eenige winst te berekenen; ...KWELLER, m. (-s), die zichzelf kwelt; ...KWELLING, v....

2025-07-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten