Wat is de betekenis van zedenspreuk?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zedenspreuk

v. (-en), spreuk die een zedenles of vermaning in zich bevat.

2025-07-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zedenspreuk

zedenspreuk - Zelfstandignaamwoord 1. spreuk die een vermaning bevat en wijst op de gewenstheid van goede zeden. Woordherkomst samenstelling van zede en spreuk met het invoegsel -n- Verwante begrippen grondregel, kernspreuk, stelregel, zinspreuk

2025-07-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zedenspreuk

v. zedenspreuken (spreuk, die een zedenles behelst).

2025-07-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zedenspreuk

(‘ze:dən) v. (-en) spreuk die een zedenles bevat.

2025-07-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)