Zedenprediker
m. (-s), iem. die de goede zeden predikt, die zedelessen geeft (meest met bijgedachte aan zelfgenoegzaamheid): een gestrenge, een vervelende zedenprediker.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), iem. die de goede zeden predikt, die zedelessen geeft (meest met bijgedachte aan zelfgenoegzaamheid): een gestrenge, een vervelende zedenprediker.
Wiktionary (2019)
zedenprediker - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die regelmatig/voortdurend zegt wat wel en niet zou mogen op zedelijk gebied. Woordherkomst samenstelling van zede en prediker met het invoegsel -n- Synoniemen zedenmeester Verwante begrippen zedenmeesterij
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-s), iemand die de goede zeden predikt, die zedenlessen geeft (meestal met bijgedachte aan zelfgenoegzaamheid).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: