Wat is de betekenis van zedeloos?

bn. bw. (...lozer, -t), zich niet houdend aan —, strijdig met —, zonder (goede) zeden, slecht, onfatsoenlijk, losbandig: een zedeloos leven leiden; een zedeloze vrouw; — (in ’t bijz.) ontuchtig: zedeloze gesprekken, plaatjes, boeken.

Het begrip zedeloos heeft 2 verschillende betekenissen: 1) zich niet houdend aan de goede zeden. zich niet houdend aan de goede zeden; geen goed zedengevoel hebbend; zonder (goede) zeden; onfatsoenlijk. 2) geen blijk gevend van goede zeden. geen blijk gevend van een goed zedengevoel; niet van goede zeden getuigend; strijdig met de go...

zedeloos - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder normen en waarden met name wat betreft de seksualiteit ♢ Het is daar een zedeloze bende. Woordherkomst Afgeleid van zede met het achtervoegsel -loos

adj. & adv., sedeleas, ûnsedich; — mens, lap, dweil.

bn., bw.; zedelozer, zedeloost (de zeden in bet. 2 niet in acht nemend: slecht, losbandig, ontuchtig): een zedeloos mens; een zedeloos boek.

('ze:dəlo:s) bn. en bw.(...lozer, -t) 1. zonder (goede) zeden : een gedrag. 2. losbandig van gedrag: ...loze gesprekken. 3. de ontucht bevorderend : een boek.

bn. en bw. (-lozer, -t), strijdig met, zonder (goede) zeden, onfatsoenlijk, losbandig: een leven leiden.

ZEDELOOS, bn. bw. (...zer, -t), zonder (goede) zeden, slecht, onfatsoenlijk, losbandig (van gedrag): een zedeloos leven leiden; eene zedelooze vrouw; ontuchtig, de ontucht bevorderende: zedelooze gesprekken, plaatjes, boeken. ZEDELOOSHEID, v.

...