Werkdag
m. (-en), dag waarop men werkt of die bestemd is tot de arbeid (tgov. rustdag of Zondag): deze trein loopt alleen op werkdagen.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-en), dag waarop men werkt of die bestemd is tot de arbeid (tgov. rustdag of Zondag): deze trein loopt alleen op werkdagen.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip werkdag heeft 2 verschillende betekenissen: 1) deel van de dag dat men werkt. dag beschouwd met betrekking tot het aantal uren dat men werkt; deel van de dag dat men (officieel) werkt. 2) dag bestemd voor werk. kalenderdag die volgens arbeidsovereenkomst of naar eigen planning is bestemd om te werken, in tegenstelling tot...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
werkdag - Zelfstandignaamwoord 1. een dag waarop gewerkt wordt ♢ In een week zijn meestal maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag een werkdag. Woordherkomst samenstelling van werk en dag Verwante begrippen schooldag, weekenddag, weekdag, werkuur, werkweek
Muiswerk Educatief (2017)
werkdag - zelfstandig naamwoord uitspraak: werk-dag 1. doordeweekse dag ♢ op een gewone werkdag ga ik op tijd naar bed Zelfstandig naamwoord: werk-dag de werkdag de werkdagen
Jean-Paul Pinon (2003)
a) Elke kalenderdag, met uitzondering van zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen (Voorstel gedragscode aardgas, Aardgasleverings-KB). b) Elke dag van de week, met uitzondering van zaterdag, zondag en wettelijke feestdagen (Technisch reglement transmissie).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: