Wat is de betekenis van werkdag?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Werkdag

m. (-en), dag waarop men werkt of die bestemd is tot de arbeid (tgov. rustdag of Zondag): deze trein loopt alleen op werkdagen.

2025-07-28
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

werkdag

Het begrip werkdag heeft 2 verschillende betekenissen: 1) deel van de dag dat men werkt. dag beschouwd met betrekking tot het aantal uren dat men werkt; deel van de dag dat men (officieel) werkt. 2) dag bestemd voor werk. kalenderdag die volgens arbeidsovereenkomst of naar eigen planning is bestemd om te werken, in tegenstelling tot...

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

werkdag

werkdag - Zelfstandignaamwoord 1. een dag waarop gewerkt wordt In een week zijn meestal maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag een werkdag. Woordherkomst samenstelling van werk en dag Verwante begrippen schooldag, weekenddag, weekdag, werkuur, werkweek

2025-07-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

werkdag

werkdag - zelfstandig naamwoord uitspraak: werk-dag 1. doordeweekse dag ♢ op een gewone werkdag ga ik op tijd naar bed Zelfstandig naamwoord: werk-dag de werkdag de werkdagen

2025-07-28
Lexicon Energiemarkt

Jean-Paul Pinon (2003)

Werkdag

a) Elke kalenderdag, met uitzondering van zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen (Voorstel gedragscode aardgas, Aardgasleverings-KB). b) Elke dag van de week, met uitzondering van zaterdag, zondag en wettelijke feestdagen (Technisch reglement transmissie).

2025-07-28
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

werkdag

dag waarop gewerk word; dag met soveel werksure.

2025-07-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Werkdag

s., wurkdei, (wyk)dei; op -en, deis, yn ’e wike.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

werkdag

m. werkdagen (dag, bestemd tot de arbeid; geen rustdag): een week heeft zes werkdagen.

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

werkdag

('werʞ) m. (-en) dag waarop men werkt. Tgst. rustdag.