weerlegde
weerlegde - Werkwoord 1. enkelvoud verleden tijd van weerleggen ♢Ik weerlegde ♢Jij weerlegde ♢Hij, zij, het weerlegde
Wiktionary (2019)
weerlegde - Werkwoord 1. enkelvoud verleden tijd van weerleggen ♢Ik weerlegde ♢Jij weerlegde ♢Hij, zij, het weerlegde
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: