Wat is de betekenis van weekendde?

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

weekendde

weekendde - Werkwoord 1. enkelvoud verleden tijd van weekenden ♢Ik weekendde ♢Jij weekendde ♢Hij, zij, het weekendde

Gerelateerde zoekopdrachten