Wat is de betekenis van waskot?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Waskot

o.(-ten), (gew. Zuidn.) washok.

2025-07-25
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

waskot

washok, bijkeuken De diepvriezer staat nu buiten onder een afdak. En de wasmachine en de droger in een waskot. In de kelder staat niets. (Gazet van Antwerpen) Geen Algmeen Nederlands Gangbaarheid: 1 Vlaamsheid: 4

2025-07-25
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

waskot

(het), wasplaats (de, -en) bijkeuken, washok.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

waskot

o. (-ten) Gemz.washok.

Gerelateerde zoekopdrachten