Wat is de betekenis van Waarschap?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Waarschap

m. (-pen), vóór 1864 de naam van heemraden in Drehiterland.

2025-07-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

waarschap

waarschap - Zelfstandignaamwoord 1. dijkopzichter Woordherkomst afgeleid van waar (stam van het verouderde werkwoord waren) met het achtervoegsel -schap

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Waarschap

Het begrip waarschap heeft 2 verschillende betekenissen: 1. waarschap - WAARSCHAP - v. (w. g.) verzekering, waarborg. 2. waarschap - WAARSCHAP - m. (-pen), vóór 1864, de naam van heemraden in Drechterland.

2025-07-26
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Waarschap

Waarschap, v. gmv. verzekering, waarborg. *...SCHIJNLIJK, bn. en bijw. (-er, -st), vermoedelijk waar. -HEID, v. gmv. vermoedelijke waarheid. -, (...eden), waarschijnlijk voorval. *...SCHOUWEN, *...SCHUWEN, bw. gel. (ik waarschuwde, heb gewaarschuwd), vermanen; verwittigen, kennis geven, de aandacht vestigen (op). *...SCHOUWER, *...SCHUWER, m.,...