Wat is de betekenis van vroor af?

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

vroor af

vroor af - Werkwoord 1. enkelvoud verleden tijd van afvriezen ♢Ik vroor af ♢Jij vroor af ♢Hij, zij, het vroor af Woordherkomst uit vroor (werkwoord) en af, hiertussen kunnen nog andere woorden staan