Vriesgans Vriezegans
Zeeuwse en vlaamse naam voor 's winters ter plaatse verschijnende of doortrekkende Ganzen (in het algemeen), die er kennelijk op duiden dat het gaat vriezen [Beekman et al. 1986; Rogiers 1988; B&TS 1995; WVD 1996]. De naam kwam al in oudere bronnen voor, zoals De Bo 1873/1892, Loquela 18811895, Joos 1900, Lievevrouw-Coopman 19501955. Qua b...