Wat is de betekenis van voute (vaute)?

2025-07-28
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

voute (vaute)

1. Gewelf; hemelgewelf; - ook: koepel. Men voelt hoe hier het woud zich opheft en zwelt alsof de korst der aarde onder een schrikkelijke aderslag ging breken. De bomen rijzen tot een duizendvoudige voute saam. Zij sluiten de ruimte voor de dag, TEIRLINCK 1952, 2, 155. 2. Kelderkamer, opkamer. - Zie ook voute kamer. „Is daar iemand?&r...