Wat is de betekenis van Vissloep?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vissloep

v. (-en).

2025-07-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vissloep

v. vissloepen (kleine visschuit).

Gerelateerde zoekopdrachten