Wat is de betekenis van VINGERBREED?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vingerbreed

I. bn., zo breed als een vinger : vingerbreed band ; II. zn. o., wat een vinger breed is, (fig.) zeer weinig : ik leg u geen vingerbreed in de weg.

2025-07-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

2025-07-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Vingerbreed

s.n., fingerbreed (it).

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vingerbreed

1. bn. (de breedte van een vinger hebbend); 2. o. (fig. zeer weinig): ik zal geen vingerbreed voor hem op zij gaan.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vingerbreed

(‘vingər) 1. bn. (...brede) en bw. zo breed als een vinger: band. 2. o. breedte van een vinger : geen voor iemand uit de weg gaan, in het geheel niet.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vingerbreed

I. bn., zo breed als een vinger; II. zn.o., breedte van een vinger als maat; geen vingerbreed , niet het geringste.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VINGERBREED

VINGERBREED - bn. zoo breed als een vinger : vingerbreed band, —, o. (fig.) zeer weinig: ik leg u geen vingerbreed in den weg; ...BREEDTE, v. (-n); ...DIER, o. (-en), zeker viervoetig dier (chiromys madagascariensis) op Madagascar dat veel op het eekhorentje gelijkt.

2025-07-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)