Wat is de betekenis van Vieux, vieil?

2025-07-28
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Vieux, vieil

(vóór een klinker vieil), vieille I. oud; vieux comme le monde (comme les rues, comme les chemins, comme tout), zo oud als de weg naar Kralingen; se faire vieux, oud worden; II. ouwe; mon vieux, mijn ouwe heer; non, mon vieux, neen, ouwe (jongen); mes mijn ouwe lui; un vieux, een ouwetje, een ouwe heer; un vieux de la vieille, &eacut...