Verplichtend
bn. bw. (-er, -st), verplichting scheppend ; tot erkentelijkheid dwingend: ik vindzijn aanbod erg vriendelijk, maar ik zal er geen gebruik van maken, het is mij te verplichtend; — vand. gedienstig, voorkomend, beleefd: iem. verplichtend behandelen: — [onjuist is voor het hedendaagse taalgevoel het gebruik van verplichte...