Vermogend
bn. (-er, -st), 1. rijk, bemiddeld : een vermogend heer; hij is zeer vermogend: — (ook) invloedrijk, machtig: 2. (Zuidn.) solvabel.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. (-er, -st), 1. rijk, bemiddeld : een vermogend heer; hij is zeer vermogend: — (ook) invloedrijk, machtig: 2. (Zuidn.) solvabel.
Wiktionary (2019)
vermogend - Deelwoord 1. onvoltooid deelwoord van vermogen 1. rijk, veel geld hebbend ♢ Hij is een vermogend man. Synoniemen gegoed, welgesteld, opulent, in bonis
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
bn.: een vermogend heer, bemiddeld, machtig, rijk, invloedrijk; (België: rechtst. solvabel).
Jozef Verschueren (1930)
bn. (-er, -st) 1. vermogen hebbend: een heer. Syn. ➝ bemiddeld. 2. machtig, invloedrijk: veel -e hulp. Syn. ➝ krachtig.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: