Wat is de betekenis van Vanderhand?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vanderhand

o., (bij hooikers) binnenbocht van een vangpijp : bogen van rechte, dunne slieten , die met het dikke eind in de grond zijn gestoken in het vanderhand.