Wat is de betekenis van USUFRUCTUARIUS?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Usufructuarius

(Lat.), m. (-sen, ...rii), (rechtst.) vruchtgebruiker.

2025-07-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Usufructuarius

[VLat., van Lat. ususfructus = vruchtgebruik] vruchtgebruiker.

2025-07-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Usufructuarius

vruchtgebruiker (rechtsk.)

2025-07-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Usufructuarius

vruchtgebruiker

2025-07-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

usufructuarius

(Lat.) m. vruchtgebruiker, vruchttrekker.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

usufructuarius

(uzufruktu'a:rius) m. (-sen, ...rii) [Lat.] Recht. vruchtgebruiker.

2025-07-25
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Usufructuarius

lat., vruchtgebruiker.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

USUFRUCTUARIUS

USUFRUCTUARIUS - m. (-sen, ...rii), (recht.) vruchtgebruiker.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-25
Beknopt kunstwoordenboek

I.M. Calisch (1864)

usufructuarius

usufructuarius - m. (usufructuariussen, usufructuarii), (recht.) vruchtgebruiker

toon meer resultaten

Gerelateerde zoekopdrachten