uplift
1. optillen, opheffen, verheffen, ten hemel heffen [de handen]; ten hemel slaan [de ogen]; it was not uplifting, het was niet hartverheffend. 2. bodemverheffing; op-, verheffing [v. de ziel].
Dr. F.P.H. van Wely (1951)
1. optillen, opheffen, verheffen, ten hemel heffen [de handen]; ten hemel slaan [de ogen]; it was not uplifting, het was niet hartverheffend. 2. bodemverheffing; op-, verheffing [v. de ziel].
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: