Wat is de betekenis van uitwijdde?

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

uitwijdde

uitwijdde - Werkwoord 1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitwijden ♢... dat ik uitwijdde ♢... dat jij uitwijdde ♢... dat hij, zij, het uitwijdde

Gerelateerde zoekopdrachten