uitsteekmes
(het, -sen), schoenmakersmes met een geleider waarmee de rand van een nieuw aangebrachte zool wordt bijgesneden. - Etym.: Het dient dus niet om iets uit te steken, maar om iets dat uitsteekt af te snijden. -Opm.: In Ned. werd, voor de mechanisatie van de schoenmakerij, voor dit bijsnijden een gewoon schoenmakersmes gebruikt.