Wat is de betekenis van Uitschakelaar?

2025-07-24
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Uitschakelaar

(electrotechn.), een inrichting tot het verbreken van den electrischen stroom in een keten. Bij niet sterke stroomen geschiedt de verbreking in één der met de stroombron (net) verbonden leidingen, éénpolige u., door het draaien van een knop, waarbij een, tusschen de veerende uiteinden der onderbroken leiding geklemd, gel...

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

uitschakelaar

('uit) m. (—s) 1. Eig. hij die uitschakelt. 2. Metn. toestel waardoor men iets uitschakelt (2, 3) : de van een → radiotoestel.