Twintigdaags
bn., 1. twintig dagen durende. 2. om de twintig dagen plaats hebbend.
Jozef Verschueren (1930)
('twintəg) bn. 1. twintig dagen oud. 2. twintig dagen durend. 3. om de twintig dagen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: