trochanter
trochanter, dijbeendraaier; bijv. nw. trochanterian, trochanteric.
Dr. Ch. Bles (1929)
(major en minor), twee massieve uitsteeksels aan het bovenste deel van het dijbeen, bestemd voor aanhechting van spieren.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Herman Pinkhof (1923)
(τροχός, rad) major, de groote draaier, uitsteeksel aan de buitenzijde van het dijbeen, beneden den hals. T. minor, kleine draaier, terzelfder plaatse aan de binnenzijde. T. tertius, derde draaier, aanhechtingsplaats van de bilspieren aan het dijbeen, als deze sterk ontwikkeld is bij den mensch; bij sommige zoogdie...
dr. H. Pinkhof (1923)
major, de grote draaier, ook rolheuvel genaamd, uitsteeksel aan de buitenzijde van het dijbeen, beneden de hals. T. minor, kleine draaier, terzelfder plaatse aan de binnenzijde. T. tértius, derde draaier, aanhechtingsplaats van de bilspieren aan het dijbeen, als deze sterk ontwikkeld zijn bij de mens; bij sommige zoogdieren normaal.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: