Wat is de betekenis van Tripliek?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tripliek

v., (recht.) beantwoording van het tweede verweerschrift, antwoord op de dupliek.

2025-07-27
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Tripliek

[v. tri-, z.a.; zie dupliek en repliek] antwoord op dupliek.

2025-07-27
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Tripliek

antwoord op de dupliek

2025-07-27
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

tripliek

v. beantwoording v. h. tweede verweerschrift of dupliek.

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

tripliek

v. -en; antwoord op een dupliek.

2025-07-27
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Tripliek

weerlegging v/e → dupliek; tripliceeren: o/e dupliek antwoorden.

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

tripliek

('pli:k) v. (-en) Recht, antwoord op de dupliek, op het tweede verweerschrift,

2025-07-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Tripliek

v., antwoord op een dupliek.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-27
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

tripliek

tripliek - v., antwoord op de dupliek.

Gerelateerde zoekopdrachten