Wat is de betekenis van trekpiano?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Trekpiano

v. (-’s), (scherts.) harmonica.

2025-07-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

trekpiano

(1928) (inf.) trekharmonika. • De man met de trek-piano, gezien vanuit 't venster. Het liedje wordt gespeeld, het honorarium — in een papiertje gerold- opgeraapt. (Voorwaarts, 05/03/1928) • Jack vuurt zijn voetballende boys met een echte hoofdstedelijke „trekpiano" aan. (De Sumatra post, 09/03/1932) • Hadde me maar een...

Gerelateerde zoekopdrachten