transversus
transvérsus (-a, -um), - van Lat. transvertĕre, omdraaien: dwars, scheef.
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
(transvorsus, trāversus, trāvorsus), p. adi., schuin -, dwars gaande of liggende scheef, schuin, dwars 1. adi., fossa, Caes., via, Cic., transverso foro, dwars over de markt, Cic., en spreekw., ab hac (regula) mihi non licet transversum, ut aiunt, digitum discedere, geen duimbreed, Cic., zo ook transversum, unguem no...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: